Schrijfdans

Naam spel: Schrijfdans

Leeftijd: 3K

Ontwikkelingsdoel:
Nederlands – Schrijven : 4.1 De kleuters kunnen een ervaring, een verhaal weergeven door middel van visueel materiaal.

LPDS GO:
Ned.: schrijven: 2. Schrijfvaardigheid: 2.1 Symbolen:  2.1.1.§/§§De kleuters kunnen een ervaring, een verhaal weergeven door middel van visueel materiaal.

LPDS OVSG:
NL-SCH-TV-03-01: De kleuters kunnen beleefde gebeurtenissen aan de hand van visueel materiaal weergeven.

Organisatie:

NL_LEZ_3.1

Benodigdheden:

–          Muziek waarop vormen getekend kunnen worden.
–          Radio
–          Papier
–          Wasco
–          (papier)kleefband
Locatie: klas, turnzaal, …
Tijd: 20 min.

Opdracht:
De kleuters gaan verspreid in de zaal staan.
De muziek wordt gestart. De leerkracht laat de kinderen bewegen op de muziek in de vorm die ze wil laten schrijven. Bv. rondjes.
De kleuters kunnen rondjes stappen, lopen of springen op de muziek. Dit is afhankelijk van de muziek die je gekozen hebt. Je kan de kinderen ook rond een stoel of kegel laten lopen. Het is hierbij de bedoeling dat ze de ronde vorm zelf ervaren.
Nadien stappen de kleuters in het rond en tekenen met beide armen rondjes in de lucht. Dit kunnen grote en kleine rondjes zijn. Nadien moeten de kinderen de ronde vormen met losse pols tekenen in de lucht.
Vervolgens kleeft de leerkracht samen met de kinderen grote vellen papier op de grond.
Elk kind krijgt 2 wasco’s.
De kinderen tekenen nu cirkels op het blad met hun 2 handen tegelijk. Er kan een punt getekend worden waarrond de cirkels getekend moeten worden. Ook hier kunnen grote en kleine cirkels getekend worden.

Variaties:
1-3K: De muziek kan verschillen van tempo. Voor de jongste kleuters is een trager tempo aangeraden.

1-3K: Er kan gewerkt worden binnen het thema. Er kunnen golven getekend worden als het gaat over de zee, rondjes als het gaat over de zon, dopjes of andere,… De muziek is hieraan telkens aangepast.

1-3K:  Er moet niet altijd getekend worden met wasco op papier. Er kan ook getekend worden in scheerschuim, met krijt op een bord, met verf en sponsjes, met verf op de vingers,… Er moet vooral gezorgd worden dat er vlot getekend kan worden.

Bronnen: Schrijfdans, (http://doks.khk.be/eindwerk/do/files/FiSe413ebf17093f9ba2010943b889740136/thesis2006049.pdf?recordId=SKHK413ebf17093f9ba2010943b889740135), laatste raadpleging op 8/06/2013.

Bewegingspartituur

Naam spel: Bewegingspartituur

Leeftijd: 2K

Ontwikkelingsdoel:
Nederlands – Schrijven : 4.1 De kleuters kunnen een ervaring, een verhaal weergeven door middel van visueel materiaal.

LPDS GO:
Ned.: schrijven: 2. Schrijfvaardigheid: 2.1 Symbolen:  2.1.1. §/§§ De kleuters kunnen een ervaring, een verhaal weergeven door middel van visueel materiaal.

LPDS OVSG:
NL-SCH-TV-03-01: De kleuters kunnen beleefde gebeurtenissen aan de hand van visueel materiaal weergeven.

Organisatie:

NL_SCH_4.1
Benodigdheden:
–          Prenten met bewegingen op (voor iedere kleuter)
Locatie: Gang, klas, turnzaal, …
Tijd: 10 – 15 min.

Opdracht:
Bespreek samen met de kleuters wat ze op de symbolen zien: springen, bukken en draaien. Laat de kleuters doen wat er op het symbooltje staat.
Toon de kleuters  3 symbolen in willekeurige volgorde waarbij ze de bewegingen die ze zien, nadoen.
Na de reeks, laat je de kleuters de symbolen in de juiste volgorde leggen zoals ze deze net gedaan hebben. (bv. Draaien, springen, bukken of bukken, draaien, springen)
Variaties:
2K: Je kan het aantal bewegingen en dus het aantal symbolen laten toenemen, zo wordt het voor de kleuters moeilijker om zich de volgorde te herinneren.

3K: Geef alle kleuters de 3 symbolen (springen, bukken en draaien). Ze leggen de symbolen op hun bank (of op een plaatsje dicht bij hen).

Na hun reeks bewegingen, leggen ze zelf de volgorde waarin ze die bewegingen gedaan hebben voor zich.
Er kan klassikaal besproken worden of ze het allemaal juist hadden.

Bronnen: Hendrickx D., Nederlands I, taaldidactiek, cursus uitgave 2009.